Johannes zag op Patmos onze tijd gebeuren deel 18
De openbaring van Johannes
Openbaring 8 - De derde bazuin.
Openbaring 8:10-11: “En de derde engel blies de bazuin, en er viel een grote ster, brandend als een fakkel, uit de hemel, en zij viel op het derde deel der rivieren en op de bronnen der wateren. En de naam der ster wordt genoemd Alsem. En het derde deel der wateren werd alsem en vele van de mensen stierven van het water, omdat het bitter geworden was.”
In Openbaring is 14 keer sprake van een “derde deel”, allemaal bij de zeven bazuinen. Hier heeft het betrekking op de zon, maan en sterren. De derde bazuin wordt geblazen, en vervolgens gebeurt er iets dat veel weg heeft van de 2e bazuin. Johannes ziet een “grote ster” brandend als een fakkel op ⅓ deel van de rivieren en de waterbronnen vallen. “Brandend als een fakkel” duidt op vernietigingskracht. De naam van de ster wordt Alsem (bitter) genoemd. Alsem is een bitter gewas, symbool voor alles wat bitter of pijnlijk is.
Alsem betekent in het Oude Testament ook op een grote bron van kwaad of afgoderij duiden en de gevolgen ervan: Gods oordeel tegen afgoderij, alle kwaad en ongerechtigheid.
“Waterbronnen” staan ook vaak voor de ideologieën en geestelijke/morele principes van volkeren. Het kan daarom zijn dat Johannes met deze ster niet letterlijk een ster bedoeld heeft.
Sterren worden in het Oude Testament dikwijls gebruikt om heersers aan te duiden die hun gezag en invloed aan een grote macht ontlenen. Een “ster” kan daarom in de Bijbel ook betrekking hebben op een machtige heerser: Jesaja 14:12: “Hoe zijt gij uit de hemel gevallen, gij morgenster, zoon des dageraads; hoe zijt gij ter aarde geveld, overweldiger der volken!” Deze persoon ontvangt in Openbaring 9:1 de sleutel om de onderwereld te openen. Wij hebben hier te maken met een complete “vergiftiging van gemoed en denken”.Daarover in onder de “Vijfde bazuin”meer.
De openbaring van Johannes
Openbaring 8 - De derde bazuin.
Openbaring 8:10-11: “En de derde engel blies de bazuin, en er viel een grote ster, brandend als een fakkel, uit de hemel, en zij viel op het derde deel der rivieren en op de bronnen der wateren. En de naam der ster wordt genoemd Alsem. En het derde deel der wateren werd alsem en vele van de mensen stierven van het water, omdat het bitter geworden was.”
In Openbaring is 14 keer sprake van een “derde deel”, allemaal bij de zeven bazuinen. Hier heeft het betrekking op de zon, maan en sterren. De derde bazuin wordt geblazen, en vervolgens gebeurt er iets dat veel weg heeft van de 2e bazuin. Johannes ziet een “grote ster” brandend als een fakkel op ⅓ deel van de rivieren en de waterbronnen vallen. “Brandend als een fakkel” duidt op vernietigingskracht. De naam van de ster wordt Alsem (bitter) genoemd. Alsem is een bitter gewas, symbool voor alles wat bitter of pijnlijk is.
Alsem betekent in het Oude Testament ook op een grote bron van kwaad of afgoderij duiden en de gevolgen ervan: Gods oordeel tegen afgoderij, alle kwaad en ongerechtigheid.
“Waterbronnen” staan ook vaak voor de ideologieën en geestelijke/morele principes van volkeren. Het kan daarom zijn dat Johannes met deze ster niet letterlijk een ster bedoeld heeft.
Sterren worden in het Oude Testament dikwijls gebruikt om heersers aan te duiden die hun gezag en invloed aan een grote macht ontlenen. Een “ster” kan daarom in de Bijbel ook betrekking hebben op een machtige heerser: Jesaja 14:12: “Hoe zijt gij uit de hemel gevallen, gij morgenster, zoon des dageraads; hoe zijt gij ter aarde geveld, overweldiger der volken!” Deze persoon ontvangt in Openbaring 9:1 de sleutel om de onderwereld te openen. Wij hebben hier te maken met een complete “vergiftiging van gemoed en denken”.Daarover in onder de “Vijfde bazuin”meer.
De gevallen engel: Gustav Doré (Jesaja 14:12.)
Een “ster” kan eveneens uitgelegd worden als een grote wereldmacht wat door Goddelijk ingrijpen aan zijn eind zal gekomen. Openbaring 17:15 maakt duidelijk dat met “zee” en “wateren”, volken, menigten, ook naties en talen bedoelt kunnen worden. “En hij zeide tot mij: De wateren die gij zaagt, waarop de hoer gezeten is, zijn natiën en menigten en volken en talen.”
Daarom zou de door Johannes genoemde “grote berg” ook te maken kunnen hebben met wat de profeet Jeremia daarover geschreven heeft: Jeremia 51:25-26: “Zie, Ik zal u! gij berg des verderfs, luidt het woord des Heren, die de gehele aarde hebt verdorven, en Ik zal mijn hand tegen u uitstrekken en u van de rotsen afwentelen en u maken tot een berg van brand, en men zal van u geen steen nemen voor een hoek noch een steen voor fundament, want een eeuwige woestenij zult gij zijn, luidt het Woord des Heren.”
Deze tekst lijkt een verwijzing naar Babylon. Babel zal haar bevoorrechte positie verliezen. Deze “van vuur brandende berg” zou in de volkerenzee geworpen worden; wat zeggen wil, dat deze macht door God wordt gebruikt tot tuchtiging van de volkeren, ten gevolge waarvan een schrikbarende verwoesting en grote slachting plaats zal grijpen. Dat geeft ook een verklaring voor het “bloed”.
Ook de profeet Zacharia laat zien dat een “hoge berg”, “berg” of “heuvel” een (min of meer) machtige natie voorstelt: Zacharia 4:7: “Wie zijt gij, grote berg? Voor het aangezicht van Zerubbabel (Perzië) wordt gij een vlakte; hij zal de gevelsteen naar voren brengen onder het gejubel: heil, heil zijn hem!”
Toch zou het net als bij de tweede bazuin wel degelijk weer om een ster/asteroïde kunnen gaan die als een brandende fakkel op het derde deel der rivieren en op de bronnen der wateren valt. Het is daarom alleszins vanzelfsprekend dat de door Johannes genoemde “ster” als een macht uitgelegd moet worden. Het lijkt op onvoorstelbare ecologische catastrofe die “het derde” deel van het water ondrinkbaar maakt.
Jeremia profeteerde dat Israël ooit bittere wateren zou moeten drinken: Jeremia 9:13-15: “De Here zegt: Omdat zij mijn wet verlaten hebben, die Ik hun had voorgelegd, en niet aan mijn stem gehoor gegeven noch daarnaar gewandeld hebben, maar gewandeld hebben naar de verstoktheid van hun hart, achter de Baäls aan, zoals hun vaderen hun hebben geleerd. Daarom zegt de Here der heerscharen, de God van Israël: Zie, Ik spijzig hen met alsem, Ik zal drenk hen met gifsap”
Deze bitterheid zal voortduren tot de komst van het Vrederijk, omdat Ezechiël profeteert dat de genezende wateren de bitterheid zou wegnemen: Ezechiël 47:6-9: “Toen zeide hij tot mij: Hebt gij het gezien, mensenkind? Daarop deed hij mij teruggaan langs de oever van de beek. Toen ik terugkeerde, zie, langs de oever van de beek stonden aan weerszijden zeer veel bomen. Hij zeide tot mij: Dit water stroomt naar de oostelijke landstreek, vloeit af naar de Vlakte en komt in de zee; in de zee wordt het uitgestort, zodat het water gezond wordt. En alle levende wezens die er wemelen, zullen leven, overal waar de beek komt, en er zal zeer veel vis zijn, want als dit water daarheen komt, dan wordt (het water van de zee) gezond.”
De vierde bazuin.
Openbaring 8:12-13: “En de vierde engel blies de bazuin, en het derde deel van de zon werd getroffen en het derde deel van de maan en het derde deel van de sterren, zodat het derde deel daarvan verduisterd werd, en de dag voor het derde deel geen licht had en de nachts desgelijks. En ik zag en hoorde een arend vliegen in het midden des hemels, die met luider stem zeide: Wee, wee, wee hun, die op de aarde wonen, vanwege de overige stemmen van de bazuin der drie engelen, die nog bazuinen zullen.”
Het vierde bazuingericht, de verduistering van de hemellichamen zijn vele malen terug te vinden als een der belangrijkste tekenen van de Dag des Heren. Een dag van duisternis en donkerheid zoals ook Joël profeteert: Joël 2:2: “Een dag van duisternis en van donkerheid, een dag van wolken en van dikke duisternis.” Ook Ezechiël heeft daarover wat te melden: Ezechiël 32:7: “Wanneer Ik u uitblus, befloers Ik de hemel en verduister Ik de sterren, de zon overdek Ik met wolken, en de maan doet haar licht niet schijnen”.
Deze typering van de eindtijdoordelen zijn overal terug te vinden. De verwoesting en ontluistering van de aarde door de Here als antwoord op de gruweldaden van de goddelozen gaat gepaard met verschijnselen aan de hemel waarvan Jezus/Yeshua zei dat de mensen bezwijken zullen van angst (Lukas 21).
Ook Jesaja zegt daar wat over: Jesaja 13:9-10-11-12: “Zie, de dag des Heren komt, meedogenloos, met verbolgenheid en brandende toorn, om de aarde tot een woestenij te maken en haar zondaars van haar te verdelgen. Want de sterren en de sterrenbeelden des hemels doen hun licht niet stralen, de zon is bij haar opgang verduisterd en de maan laat haar licht niet schijnen. Van de hemel en zijn gesternten zullen hun licht niet laten lichten, de zon zal verduisterd worden, wanneer zij zal opgaan, en de maan zal haar licht niet laten schijnen. Dan zal Ik aan de wereld het kwaad bezoeken en aan de goddelozen hun ongerechtigheid, en Ik zal de trots der overmoedigen doen ophouden en de hoogmoed der geweldenaars vernederen. Ik zal de stervelingen zeldzamer maken dan gelouterd goud en de mensen dan fijn goud van Ofir”.
Jacobus 4:4 Overspeligen, weet gij niet, dat de vriendschap met de wereld vijandschap tegen God is?
Zon, maan en sterren houden op om de loop der dingen op aarde nog verder te regelen. Intense, onnatuurlijke duisternis is straks hiervan het resultaat. Ook Lukas sprak van tekenen: Lukas 21:25: “En er zullen tekenen zijn aan de zon maan en sterren, en op de aarde radeloze angst onder de volken vanwege het bulderen van zee en branding, terwijl de mensen bezwijken van vrees en angst voor de dingen die over de wereld komen.”
Wat een verschrikking moet dat betekenen voor de goddeloze wereld. Al deze verschrikkelijke oordelen moeten de ongelovigen herinneren aan het bloed, het vuur van de verdrukking, de bitterheden, het oordeel, de donkerheid en de dood van Jezus aan het kruis op Golgotha! De ongelovigen zullen allemaal getroffen worden waardoor er geestelijke verduistering ontstaat. Openbaring richt een ernstige waarschuwing aan allen die het heil van God, in Zijn Zoon, afwijzen en daarin volharden.
Dit is nog niet het definitieve oordeel want ook in de nog volgende oordelen zullen ze steeds meer aan macht inboeten. Te zien is dat door de oordelen van deze 4 bazuinen alle delen van de schepping geslagen zijn; het zijn zware en vernietigende slagen. Toch komen er nog veel meer afschrikwekkende oordelen. Johannes werd namelijk voorbereid op het horen en aanschouwen van nog aangrijpender gebeurtenissen.
Het is interessant op te merken dat God op de vierde scheppingsdag de hemellichamen schiep (Gn 1:14-19), en dat Hij ze nu bij de vierde bazuin verduistert. Als de zon door een Goddelijke ingreep een derde minder licht zal geven, zullen als gevolg daarvan ook de maan en de sterren een derde deel minder licht geven.
Ook tijdens de negende plaag van Egypte werd de hemel verduisterd: Exodus 10:22-23: “En Mozes strekte zijn hand uit naar de hemel, en er was gedurende drie dagen een dikke duisternis in het gehele land Egypte. Gedurende drie dagen kon niemand een ander zien, noch van zijn plaats opstaan; maar alle Israëlieten hadden licht waar zij woonden.” Dat gebeurde zonder toedoen van de natuur, maar rechtstreeks door God. Er zal weliswaar grote beroering ontstaan, maar de mensen zullen zich niet bekeren.
Driemaal Wee.
Het ergste moet nog komen want Johannes sluit de vierde bazuin af met een drievoudig “Wee”. Tussen de vierde en de vijfde bazuin, dus tussen de plagen over de aarde en de natuur en de plagen over de mensen staat een “tussenstuk”over een arend die in het midden van de hemel vliegt, voor ieder zichtbaar en hoorbaar. Deze arend roept een drievoudig “Wee” uit over de aardbewoners, vanwege de drie gerichten die nog over hen zullen komen. Er is hier geen sprake van “weeën” maar van “wee”-geroep.
De laatste drie bazuinen worden door een engel in de gedaante van een arend aangekondigd, met drie weeën. Het is een profetische afkondiging uit de hemel die hoorbaar en zichtbaar zal zijn over de gehele aarde. De uitdrukking “zij die op de aarde wonen” laat geen twijfel over wie het gaat. De uitdrukking slaat op de ongelovigen.
De aardbewoners vernemen dat er nog drie plagen komen, die zo vreselijk zijn, dat het “wee u”over hen uitgeroepen wordt. Zij die zich op de aarde thuis voelen, zullen met de aarde geoordeeld worden. Ze versterken hun haat tegen God en het Lam want nergens in Openbaring staat iets van bekering. Meer en meer onleefbaar wordt de aarde voor de God-vijandige en goddeloze mensheid.
Het eerste wee is de vijfde bazuin, het tweede wee is de zesde bazuin en het derde wee is de zevende bazuin. Tot hiertoe waren het slechts inleidende oordelen, maar nu breekt de acute fase van deze oordelen aan. Het ergste zal komen wanneer het derde wee aanbreekt want die omvat de zeven schalen. Onder deze drie laatste bazuinen zal de hel losbreken op aarde en zullen de duivel en zijn trawanten op de aarde geworpen worden.
Via: Franklin ter Horst
Zon, maan en sterren houden op om de loop der dingen op aarde nog verder te regelen. Intense, onnatuurlijke duisternis is straks hiervan het resultaat. Ook Lukas sprak van tekenen: Lukas 21:25: “En er zullen tekenen zijn aan de zon maan en sterren, en op de aarde radeloze angst onder de volken vanwege het bulderen van zee en branding, terwijl de mensen bezwijken van vrees en angst voor de dingen die over de wereld komen.”
Wat een verschrikking moet dat betekenen voor de goddeloze wereld. Al deze verschrikkelijke oordelen moeten de ongelovigen herinneren aan het bloed, het vuur van de verdrukking, de bitterheden, het oordeel, de donkerheid en de dood van Jezus aan het kruis op Golgotha! De ongelovigen zullen allemaal getroffen worden waardoor er geestelijke verduistering ontstaat. Openbaring richt een ernstige waarschuwing aan allen die het heil van God, in Zijn Zoon, afwijzen en daarin volharden.
Dit is nog niet het definitieve oordeel want ook in de nog volgende oordelen zullen ze steeds meer aan macht inboeten. Te zien is dat door de oordelen van deze 4 bazuinen alle delen van de schepping geslagen zijn; het zijn zware en vernietigende slagen. Toch komen er nog veel meer afschrikwekkende oordelen. Johannes werd namelijk voorbereid op het horen en aanschouwen van nog aangrijpender gebeurtenissen.
Het is interessant op te merken dat God op de vierde scheppingsdag de hemellichamen schiep (Gn 1:14-19), en dat Hij ze nu bij de vierde bazuin verduistert. Als de zon door een Goddelijke ingreep een derde minder licht zal geven, zullen als gevolg daarvan ook de maan en de sterren een derde deel minder licht geven.
Ook tijdens de negende plaag van Egypte werd de hemel verduisterd: Exodus 10:22-23: “En Mozes strekte zijn hand uit naar de hemel, en er was gedurende drie dagen een dikke duisternis in het gehele land Egypte. Gedurende drie dagen kon niemand een ander zien, noch van zijn plaats opstaan; maar alle Israëlieten hadden licht waar zij woonden.” Dat gebeurde zonder toedoen van de natuur, maar rechtstreeks door God. Er zal weliswaar grote beroering ontstaan, maar de mensen zullen zich niet bekeren.
Driemaal Wee.
Het ergste moet nog komen want Johannes sluit de vierde bazuin af met een drievoudig “Wee”. Tussen de vierde en de vijfde bazuin, dus tussen de plagen over de aarde en de natuur en de plagen over de mensen staat een “tussenstuk”over een arend die in het midden van de hemel vliegt, voor ieder zichtbaar en hoorbaar. Deze arend roept een drievoudig “Wee” uit over de aardbewoners, vanwege de drie gerichten die nog over hen zullen komen. Er is hier geen sprake van “weeën” maar van “wee”-geroep.
De laatste drie bazuinen worden door een engel in de gedaante van een arend aangekondigd, met drie weeën. Het is een profetische afkondiging uit de hemel die hoorbaar en zichtbaar zal zijn over de gehele aarde. De uitdrukking “zij die op de aarde wonen” laat geen twijfel over wie het gaat. De uitdrukking slaat op de ongelovigen.
De aardbewoners vernemen dat er nog drie plagen komen, die zo vreselijk zijn, dat het “wee u”over hen uitgeroepen wordt. Zij die zich op de aarde thuis voelen, zullen met de aarde geoordeeld worden. Ze versterken hun haat tegen God en het Lam want nergens in Openbaring staat iets van bekering. Meer en meer onleefbaar wordt de aarde voor de God-vijandige en goddeloze mensheid.
Het eerste wee is de vijfde bazuin, het tweede wee is de zesde bazuin en het derde wee is de zevende bazuin. Tot hiertoe waren het slechts inleidende oordelen, maar nu breekt de acute fase van deze oordelen aan. Het ergste zal komen wanneer het derde wee aanbreekt want die omvat de zeven schalen. Onder deze drie laatste bazuinen zal de hel losbreken op aarde en zullen de duivel en zijn trawanten op de aarde geworpen worden.
Via: Franklin ter Horst